Het was een koude, sneeuwachtige kerstavond en in een klein dorpje aan de rand van het bos woonde een arme jongen genaamd Tim.
Tim was een vriendelijk en hardwerkend kind, maar helaas had hij het niet makkelijk in het leven.
Zijn ouders waren overleden toen hij nog jong was en hij was opgegroeid bij zijn oma, die in een klein huisje woonde.

Op kerstavond was Tim bezig met het versieren van het huisje voor oma, toen hij plotseling een klop op de deur hoorde.
Hij opende de deur en zag een oude, vriendelijke man met een lange, witte baard staan.
De man stelde zich voor als Kerstman en zei dat hij was gekomen om Tim te helpen.

Tim was verbijsterd en vroeg Kerstman wat hij kon doen.
Kerstman vertelde hem dat hij wist dat Tim het moeilijk had en dat hij wilde helpen om ervoor te zorgen dat Tim en zijn oma een mooie kerst hadden.
Hij gaf Tim een mooie, gloednieuwe kerstboom en een grote zak vol cadeaus.

Tim was ontzettend dankbaar en hij en zijn oma genoten enorm van de mooie kerst.
Vanaf die dag werd Tim ieder jaar bezocht door Kerstman, die ervoor zorgde dat ze een prachtige kerst hadden.
En zo werd het een traditie, jaar na jaar, totdat Tim oud was geworden en zijn eigen kinderen had om voor te zorgen.
Maar hij zou altijd blijven dankbaar zijn voor de vriendelijkheid van Sinterklaas en de mooie kerstmemories die hij voor hem had gemaakt.